Effecten en vervolgregeling Arbeidsmarkttoelage PO en VO

geplaatst in: Geen categorie | 0

Voor kalenderjaar 2024 is de arbeidsmarkttoelage definitief beschikbaar voor die scholen die ook tot en met 2023 (en volgend uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) voor de schooljaren 2021/2022 en 2022/2023) in aanmerking kwamen voor deze toelage.

In het onderwijsakkoord 2022 is door het ministerie van OCW vanaf 2023 structureel budget beschikbaar gesteld ter bekostiging van een arbeidsmarkttoelage. De arbeidsmarkttoelage heeft tot doel de arbeidsmarktpositie te versterken van scholen met veel kwetsbare leerlingen.
Voorwaarde om de incidentele middelen vanuit het NPO om te zetten naar structurele middelen was onder andere dat deze toelage onderdeel zou vormen van de cao afspraken. Vervolgens zou door de sociale partners worden onderzocht of de criteria waaronder deze arbeidsmarkttoelage beschikbaar wordt gesteld, aanpassingen behoeven.
Inmiddels zijn er afspraken opgenomen in de cao 2023/2024 en zal er in de eerste helft van 2024, mede op basis van het door het CBS uit te brengen rapport naar de werking van de toelage, door sociale partners worden bezien of en zo ja hoe een gewijzigde regeling er dan uit gaat zien. Beoogde ingangsdatum is dan 1 januari 2025. Tot die tijd blijven de criteria voor toekenning zowel aan de scholen als aan de medewerkers ongewijzigd.

Informatietool arbeidsmarkttoelage
Het ministerie van OCW heeft een informatietool gepubliceerd waarin scholen kunnen opzoeken of, en zo ja, hoeveel middelen ze ontvangen voor de arbeidsmarkttoelage in 2024. De toelage is gebaseerd op de bij de eerdere regeling bepaalde achterstandsscore en het leerlingaantal van 1 oktober 2023. De tarieven zijn € 737,31 per leerling voor leerlingen in het praktijk onderwijs en € 589,53 per leerling voor de overige leerlingen.

Weinig effect arbeidsmarkttoelage leraren in eerste jaar na invoering
De arbeidsmarkttoelage voor ‘achterstandsscholen’ heeft in 2021/2022, het eerste jaar na de invoering, geen groot effect gehad op de instroom, uitstroom en het behoud van leraren op deze scholen. Ook zijn ze niet meer uren gaan werken. Dat concludeert het Centraal Planbureau (CPB).
De toelage moest het voor scholen met relatief veel kwetsbare leerlingen makkelijker maken hun medewerkers te behouden en nieuw personeel te vinden om de corona-achterstanden van de leerlingen weg te werken. In de publicatie ‘Effecten eerste schooljaar arbeidsmarkttoelage Nationaal Programma Onderwijs’ brengt het CPB de effecten van het eerste jaar in kaart. Op scholen met de arbeidsmarkttoelage is het gemiddelde uurloon van leraren in het basis- en voortgezet onderwijs met ongeveer 6,5%-punt meer gestegen dan op scholen zonder de arbeidsmarktoelage.

Meer informatie op de website van Voion

CPB Publicatie effecten eerste schooljaar arbeidsmarkttoelage NPO